Vrijwilligerswerk voor mensen met dementie blijkt ‘gouden greep’
Vrijwilligerswerk is voor mensen met dementie een waardig en effectief alternatief voor reguliere dagbesteding. Zo blijkt uit onderzoek van de afdeling Psychiatrie van Amsterdam UMC, locatie VUmc. Mensen met dementie die vrijwilligerstaken op zich namen, bleken na verloop van tijd minder neuropsychiatrische symptomen te hebben (zoals angst, apathie, depressie, agitatie) dan mensen die gebruik maakten van reguliere dagbesteding in ontmoetingscentra. Er was ook een verbetering in positief affect waarneembaar. Mantelzorgers (partners, kinderen) voelden zich hierdoor bovendien minder emotioneel belast.
De afgelopen drie jaar onderzochten onderzoekers bij Amsterdam UMC een nieuw programma dat mensen met dementie en mantelzorgers individuele begeleiding biedt nadat de diagnose dementie is gesteld. Het programma werd aangeboden via bestaande ontmoetingscentra in de wijk. Mensen met dementie werden via DemenTalent aan vrijwilligerswerk geholpen op basis van hun talenten. Zij kozen met name voor werk met hun handen in de openlucht, met kinderen, in de dienstverlening en in het onderwijs. Mantelzorgers konden gebruik maken van Dementelcoach (telefonische coaching) en/of STAR e-learning, een online cursus in het omgaan met de gevolgen van dementie en het goed voor zichzelf zorgen als mantelzorger. De opzet van DemenTalent bij de ontmoetingscentra werd begeleid door zorginnovatiebureau DAZ, het landelijk kenniscentrum DemenTalent.
Minder angst en depressie
De waardering van deelnemers voor het nieuwe individuele programma was groot. Vooral om via DemenTalent een bijdrage te kunnen leveren aan de samenleving en nuttig werk te kunnen doen, werd door hen zeer gewaardeerd. Het onderzoek toonde aan dat een bredere groep van deelnemers gebruik maakte van de ontmoetingscentra die tevens het nieuwe individuele programma aanboden. Daarnaast bleek dat deelnemers aan DemenTalent vergeleken met deelnemers aan de reguliere ontmoetingscentra, na zes maanden minder, en ook minder ernstige, neuropsychiatrische symptomen hadden (zoals angst, apathie, depressie, agitatie). Er was ook een verbetering in positief affect (emoties) waarneembaar.
Mantelzorger gelukkiger
Mantelzorgers van deelnemers aan DemenTalent ervoeren bovendien minder zorglast door de afname van neuropsychiatrische symptomen. Er werden geen verschillen gevonden in ervaren belasting, gevoel van competentie of kwaliteit van leven bij mantelzorgers. Vergeleken met mantelzorgers die niet gebruik maakten van een vorm van dagbesteding, waren mantelzorgers van DemenTalent deelnemers en mantelzorgers die Dementelcoach hadden ontvangen of STAR e-Learning hadden gedaan wel gelukkiger. Een economische evaluatie liet zien dat het aanbod van DemenTalent kosteneffectief is en ook lijkt de Dementelcoach kosteneffectief te zijn. Met het vooruitzicht dat het aantal mensen met dementie in de komende drie decennia gaat verdubbelen, is verdere verspreiding van dit nieuwe geïndividualiseerde ondersteuningsprogramma in Nederland gewenst. Amsterdam UMC zal hiertoe samen met DAZ, Dementelcoach en Alzheimer Nederland actie ondernemen.
Symposium met onderzoeksresultaten
De resultaten van dit onderzoek worden publiek gemaakt tijdens het symposium ‘Hulp bij Dementie na de diagnose’ dat geheel aan dit onderzoek is gewijd en door Amsterdam UMC in samenwerking met Combiwel wordt georganiseerd op 14 juni a.s. van 13.00 -17.00 uur in Cultureel Centrum Amstel (Theaterzaal), Cullinanplein 1, Amsterdam
Dit onderzoek werd mede mogelijk gemaakt met subsidie van ZonMw Memorabel, Deltaplan Dementie, Alzheimer Nederland, Stichting Dioraphte, Stichting RCOAK, Fonds Sluyterman Van Loo, Stichting Hofje Codde &Van Beresteyn, Bavo stichting, Stichting tot Steun VCVGZ.
Op zondag 16 juni gaf Rose-Marie Dröese, psychiater bij Amsterdam UMC, toelichting op het onderzoek bij Nieuwsuur.