Vergelijkende studie naar anti B-cel behandelingen bij MS
Voor mensen met multiple sclerose (MS) zijn er inmiddels vijftien medicijnen die de ziekte vertragen en dat aantal neemt nog steeds toe. Deze nieuwe middelen zijn helaas erg duur. Een voorbeeld hiervan zijn medicijnen die werken door het aantal B-cellen in het bloed sterk te verlagen. Dit zijn ontstekingscellen die een belangrijke rol spelen bij MS. Twee van deze middelen (ocrelizumab en ofatumumab) zijn de laatste jaren uitvoerig getest bij MS en hebben een officiële goedkeuring. Een derde wat ouder middel (rituximab) werkt op dezelfde manier, maar is minder uitvoerig getest. Rituximab wordt in Zweden al jaren met succes gebruikt voor de behandeling van MS en is veel goedkoper dan de andere twee middelen. Binnenkort start daarom een studie waarbij wordt onderzocht of rituximab inderdaad net zo goed werkt en net zo veilig is als ocrelizumab.
Anti B-cel behandelingen
Ocrelizumab is op dit moment een van de sterkst werkende medicijnen tegen MS en wordt sinds een paar jaar op grote schaal gebruikt in Nederland. In 2022 is daar het vergelijkbare middel ofatumumab bijgekomen. Beide middelen zijn een antistof tegen B-cellen en hebben zo een gunstig effect op MS. Rituximab heeft een vergelijkbare werking en wordt in Nederland al voor verschillende aandoeningen voorgeschreven; het is bovendien veel goedkoper dan ocrelizumab. In 2008 liet een kleine studie al zien dat rituximab een gunstig effect heeft op het beloop van MS en goed wordt verdragen. In Zweden bestaat al zeer uitgebreide ervaring met rituximab als behandeling voor MS. Hieruit komen sterke aanwijzingen dat rituximab vergelijkbaar effectief en veilig is als ocrelizumab. Er is echter nog geen direct vergelijkend onderzoek tussen rituximab en ocrelizumab verricht. Uit een enquête onder de leden van de MS-werkgroep van de NVN bleek dat het overgrote merendeel geen rituximab zal voorschrijven zolang er geen afdoende bewijs is dat het even effectief en veilig is als ocrelizumab.
Onderzoek
De studie NOISY REBELS die in de loop van 2022 start, vergelijkt rechtstreeks de middelen ocrelizumab en rituximab. De studie wordt gecoördineerd door neuroloog Bob van Oosten van het MS Centrum Amsterdam, maar het initiatief komt vanuit de MS-werkgroep van de NVN. De patiënten doen twee jaar mee met de studie en komen uit verschillende ziekenhuizen in Nederland. Bob van Oosten: “Als je MS hebt wil je natuurlijk de beste behandeling, ook als die duur is. Met steeds meer dure middelen voor steeds meer mensen met MS dreigt het gevaar dat in de toekomst niet alle behandelingen meer vergoed kunnen worden voor iedereen die daar baat bij heeft. Een van de manieren om dat te voorkomen is gebruik te maken van medicijnen waarvan onderzoek heeft laten zien dat ze even goed zijn, ook al zijn ze veel goedkoper. Als neurologen hebben we nu gezegd: dit soort onderzoek is voor MS–behandelingen nog nauwelijks gedaan en daarom moeten we dit snel en goed oppakken, met hulp van mensen met MS. De voorbereidingen lopen nu en we hopen na de zomer te kunnen starten”. De resultaten worden verwacht in 2026.
De studie wordt gefinancierd door Stichting Treatmeds, een initiatief dat wordt ondersteund door de Nederlandse zorgverzekeraars