Ondersteuning zelfmanagement noodzakelijk voor mensen met dementie én mantelzorgers
Verpleegkundigen zien ondersteuning van het zelfmanagement van mensen met dementie en mantelzorgers als onderdeel van hun werk. Zij zijn zich echter niet altijd bewust dat ook de mantelzorger hulp nodig heeft. Dit concludeert verpleegkundige Judith Huis in het Veld, die onderzoek deed hiernaar deed. Judith: ‘Het is essentieel dat verpleegkundigen ook oog hebben voor de ondersteuningsbehoeften van de mantelzorgers.’ Zij promoveert donderdag 4 juli bij Amsterdam UMC.
Dementie is meer dan vergeetachtigheid. Vaak spelen er ook gedrags- en stemmingsveranderingen, zoals lusteloosheid, onrustig en geprikkeld gedrag. Goed omgaan met dergelijke gevolgen van de ziekte in het dagelijks leven, wordt vaak aangeduid met ‘zelfmanagement’. Mensen met dementie hebben hierbij hulp nodig. Dat geldt ook voor hun mantelzorgers, die hun zware zorglast zien toenemen naarmate de dementie vordert.
Mailcontact vergroot waardering en erkenning
Judith Huis in het Veld onderzocht onder meer of ondersteuning ook deels via mail gegeven kan worden. Mailcontact tussen een gespecialiseerd dementieverpleegkundige en een mantelzorger heeft meerwaarde bij het omgaan met gedragsveranderingen door de dementie. Huis in het Veld: ‘Mantelzorgers bleken de informatie en de adviezen die zij van de verpleegkundige per mail ontvingen enorm te waarderen, mede omdat deze was toegespitst op hun specifieke situatie. Daarnaast waren zij positief over de erkenning en waardering van de verpleegkundige die zij door het mailcontact ervaarden.’
Oog-in-oog-contact blijf belangrijk
Verpleegkundigen kunnen mensen met dementie en hun mantelzorgers helpen door persoonlijke ondersteuning te bieden bij zelfmanagement. Deze ondersteuning kan gedeeltelijk per mail plaatsvinden, maar kan het oog-in-oog-contact niet helemaal vervangen. Dit geldt zeker voor het ondersteunen van de persoon met dementie. Belangrijk hierbij is dat verpleegkundigen beschikken over voldoende vaardigheden om ook online begeleiding te kunnen bieden. Extra scholing op dit gebied kan nodig zijn.
Over het onderzoek
Dit onderzoek is gefinancierd door ZonMw, vanuit het programma ‘Tussen weten en doen II’. Betrokken organisaties bij de totstandkoming van dit proefschrift zijn het Nivel, Hogeschool Inholland, Amsterdam UMC locatie VUmc, Trimbos-instituut, Geriant en Alzheimer Nederland.