Minder opleiden in de praktijk, meer in gesimuleerde omgeving
Simulatieonderwijs als heilige graal voor het oplossen van het tekort aan goed zorgpersoneel? Volgens Jaap Bonjer komen we een heel eind. Als je het hem vraagt hebben we binnen vijf jaar een groot deel van het probleem opgelost. En niet alleen in Nederland, ook die 271 levensreddende operaties per minuut die nu wereldwijd onuitvoerbaar zijn, zijn dan wel uit te voeren.
Jaap Bonjer, afdelingshoofd heelkunde Amsterdam UMC en een van de oprichters van het Amsterdam Skills Centre
Zolang ik me kan herinneren kampt de zorg met personeelstekorten. Covid-19 deed daar nog eens een flinke schep bovenop. Over de hele linie is een tekort aan verpleegkundig en ondersteunend zorgpersoneel. Bovendien is de uitstroom groter dan de instroom. Dat we nu moeten handelen, is duidelijk. We moeten meer mensen sneller aan het werk krijgen.
Dat betekent onder andere dat we het zorgonderwijs anders moeten inrichten. Allereerst moet het makkelijker worden om door te groeien. Anders dan artsen – eenmaal cardioloog, altijd cardioloog – wil de nieuwe generatie verpleegkundigen niet de rest van haar leven hetzelfde blijven doen. Er moeten interessantere paden komen, het werk moet gevarieerder en bij- en nascholingen laagdrempeliger, bijvoorbeeld door digitaal onderwijs te bieden.
Eindeloos oefenen
Ten tweede is het vergroten van de opleidingscapaciteit noodzakelijk. Dat kan door minder op te leiden in de praktijk. Animo voor de opleidingen is er namelijk genoeg, er is simpelweg alleen te weinig capaciteit. Neem Amsterdam UMC. Door corona gaan we een jaar in met een reductie van 30 procent voor geplande operatieve zorg. Dat betekent niet alleen minder operaties, maar ook minder momenten voor operatieassistenten en anesthesiemedewerkers om te leren. Bovendien is supervisie zeer arbeidsintensief – en iedereen heeft het al zo druk – en is veel zorg verschoven naar privéklinieken en zelfstandige behandelcentra, waar nauwelijks tot geen ruimte is voor onderwijs. Dat schiet dus niet op.
We moeten veel minder trainen in de praktijk en meer in een gesimuleerde omgeving. Denk: VR-googles, AI, simulators, digitale leeromgevingen en geanimeerde patiënten. Dan kun je namelijk wel eindeloos oefenen, zonder afhankelijk te zijn van de capaciteit op de werkvloer. Gaat de simulator dan de professor vervangen? Nee, maar wel helpen.
Opleidingsduur drastisch verkorten
Het principe is simpel: of je nu verpleegkundige wordt of arts, na de basisopleiding ga je eerst oefenen in een skillslab tot je een bepaald niveau hebt bereikt. Pas daarna ga je de praktijk in. Bijvoorbeeld in een leerwerkplaats waar je in alle rust en met meer aandacht voor scholing kunt leren terwijl je ook zorg levert. Het blijft dus altijd een combinatie van digitaal leren en leren in de praktijk. Maar door een groot deel te vervangen door simulatieonderwijs kunnen we de opleidingsduur drastisch verkorten.
Daarmee tackelen we niet alleen een Nederlands probleem, ook mondiaal kunnen we het verschil maken. Wereldwijd hebben 5 miljard mensen geen of nauwelijks toegang tot basale chirurgische ingrepen, zoals een keizersnede. Dit betekent dat per minuut 271 levens- en ledematen-reddende operaties niet worden uitgevoerd. Alleen al voor deze fundamentele ingrepen zijn 143 miljoen extra operaties per jaar nodig. En moeten 200 miljoen mensen tot chirurg en ondersteunend chirurgisch personeel worden opgeleid. Bedenk dat het je normaal gesproken zo’n veertien jaar kost om chirurg te worden… Tja, dat gaat dus niet lukken. Met een opleidingstraject in het Amsterdam Skillscenter kunnen we basisartsen en verpleegkundigen uit deze lage- en middeninkomenslanden in zes maanden opleiden tot essential surgeons. Daarmee kunnen we 80 procent van de meest voorkomende aandoeningen in die landen straks wel behandelen.
Gebruikmaken van digitale deuren
Is dit toekomstmuziek? Absoluut niet, alle techniek is er al. Ook het principe is niet nieuw: de eerste drie jaar van de tandartsopleiding bestaat al jaren voor 70 procent uit simulatieonderwijs. Apache-helikopterpiloten gaan echt de lucht niet in zonder een gesimuleerd voortraject. En met simulatielessen van de ANWB slaagt 80 procent van de kandidaten voor hun rijexamen, tegenover 60 procent die alles op de weg leert. Als je erover nadenkt is het eigenlijk heel vreemd dat wij zorg bieden terwijl we aan het oefenen zijn.
Wat we nu moeten doen is gebruikmaken van de digitale deuren die zijn opengezet door corona. Investeren in de ontwikkeling van nieuwe tools, en alles wat er al is, samenbrengen. Zo werken we met alle UMC’s samen om één digitaal opleidingscentrum voor complexe VR-trainingen voor bij- en nascholing op te zetten. Er ligt een aanvraag voor financiering bij het Nationaal Groeifonds. Pakken we nu door dan zijn de opleidingsfaciliteiten over twee jaar een feit en kunnen we binnen vijf jaar de eerste lichting essential surgeons afleveren.
Hebben we met simulatieonderwijs de heilige graal in handen? Nee. Het terugdringen van de tekorten in de zorg vraagt om meer dan het verkorten van opleidingen. Maar het gaat ons wel helpen. Daar ben ik van overtuigd.
Lees de special IO magazine Wanted! online of vraag gratis een gedrukt exemplaar aan via io@vumc.nl
IO, voor opleiders in de zorg, december 2021