Charlotte Teunissen is op zoek naar een biomarker voor MS
Charlotte Teunissen: ‘We willen het effect van de behandeling van MS kunnen voorspellen’ (foto: Mark van den Brink)
‘We willen het effect van de behandeling van MS kunnen voorspellen’
Hoogleraar Neurochemie Charlotte Teunissen doet onderzoek naar biomarkers; stoffen in hersenvocht en bloed, die aangeven welke ziekteprocessen zich in de hersenen afspelen. Dit doet ze voor de hersenziekte multiple sclerose (MS), maar ook voor de ziekte van Alzheimer en Parkinson. De zoektocht naar bruikbare biomarkers voor MS is al heel lang aan de gang. Gelukkig zijn er de laatste jaren belangrijke ontwikkelingen geweest. Charlotte Teunissen wil onderzoek doen naar een zeer veelbelovende MS-biomarker, Neurofilament Light, die de effectiviteit van een medicijn zou kunnen voorspellen.
Stroomversnelling
Charlotte Teunissen: ‘Het biomarker onderzoek zit in een stroomversnelling. Dit komt doordat er steeds betere apparaten ontwikkeld worden waarmee we snel en nauwkeurig stoffen in lichaamsvloeistoffen, zoals bloed en speeksel, kunnen meten. We zijn een aantal jaar geleden begonnen met de MS biobank. Hierin verzamelen we bloedmonsters en medische gegevens van mensen met MS. Dankzij dit materiaal en onze geavanceerde apparaten zijn we een aantal zeer interessante biomarkers voor MS op het spoor. De meest veelbelovende biomarker voor MS is Neurofilament Light (NfL).‘
Effectiviteit van medicijnen bepalen in bloed
NfL is een eiwit dat in zenuwuitlopers zit. Als dit eiwit in het bloed te meten is, betekent dit dat er hersenschade aanwezig is. Een lage NfL-waarde in het bloed geeft patiënten de geruststelling dat er op dat moment weinig hersenschade is. Charlotte: ‘Onderzoeken wijzen er op dat de hoeveelheid NfL in het bloed een voorspelling geeft van de klinische achteruitgang bij MS. We denken dat we met NfL een biomarker hebben gevonden waarmee de effectiviteit van medicijnen sneller te bepalen is. Daarom willen we een onderzoek doen waarbij we de NfL-waarde meten bij mensen met MS vóór de start van een nieuwe behandeling en tijdens de behandeling. Als bij de tweede meting de NfL-waarde in het bloed gedaald is, dan suggereert dit dat het medicijn effect heeft op het verminderen van zenuwschade. Dat vergelijken we met het neurologisch onderzoek en de MRI-scan. We verwachten met de NfL-test veel eerder te weten of een medicijn effect heeft. Dit zou een grote stap zijn in het toepassen van therapie op maat bij MS.‘
Dit interview stond in de Eigenwijs van maart 2020. Daar in staat ook een brief van dr. Joep Killestein over dit onderzoek en veel meer. Lees het complete blad.