Bijscholing Neonatologie populair in ZHA
Ziekenhuis Amstelland (ZHA) heeft een kinderafdeling met een neonatologie-unit. Maar liefst twaalf kinderverpleegkundigen van deze afdeling volgen dit jaar de bijscholing Neonatologie respiratoire en circulaire insufficiëntie, die Amsterdam UMC ontwikkelde in afstemming met ziekenhuizen uit de regio. Ook met deze bijscholing blijkt Amsterdam UMC te voorzien in de scholingsbehoefte van ziekenhuizen. Een drieluik.
“Op onze afdeling werken behalve neonatologieverpleegkundigen voornamelijk kinderverpleegkundigen. Zij worden niet alleen ingezet op de kinderafdeling, maar ook op de neonatologie-unit. Op deze unit liggen vooral prematuren geboren boven de 32 weken. En regelmatig ook prematuren die jonger geboren zijn en vanaf 32 weken worden overgenomen van onder meer Amsterdam UMC en OLVG. Als kinderverpleegkundigen hebben we alle vaardigheden om voor deze prematuren te zorgen. Maar doordat de kinderaantekening niet diep ingaat op de natte neonaat, missen we een stuk theorie. Deze bijscholing geeft ons die theoretische basis.”
“We missen een stuk theorie. Deze bijscholing geeft ons die theoretische basis.”
Zelf behaalde Belinda twee jaar geleden haar kinderaantekening in ZHA. “Op de neonatologie-unit leerde ik toen alle benodigde handelingen. Maar niet het waaróm ervan. Zo leerde ik een CPAP aan te brengen als behandeling voor een wet lung, maar niet wat het fysiologische effect daarvan is. Door de bijscholing weet ik dat nu wel en dat werkt prettiger.” Ook begrijpt Belinda nu beter welk traject prematuren en hun ouders al hebben doorgemaakt in Amsterdam UMC. “De bijscholing gaat uitgebreid in op de behandelingen op de neonatologie-IC, zoals het koelen van de neonaat bij zuurstoftekort. Voor de ouders is het erg naar hun kindje dan te zien liggen, besef ik sindsdien. Daardoor kan ik mij beter in ouders inleven en hen makkelijker ondersteunen.”
Bovendien deed Belinda kennis op die van pas komt bij haar werk als kwaliteitsverpleegkundige. “Volgens ons CPAP-protocol bijvoorbeeld, moeten het prongetje en maskertje eenmaal per dienst gewisseld worden. Maar door de bijscholing weet ik dat het beter is het prongetje kort te doen, omdat die de ademhaling bemoeilijkt, het maskertje langer en dat later te verwisselen voor een groter formaat. Daar wil ik ons protocol op aanpassen.” Belinda waardeert dan ook de uitgebreide interactie tussen de docenten en deelnemers van deze bijscholing. “Dat we als verpleegkundigen uit diverse ziekenhuizen onze ervaringen konden delen was bijzonder nuttig en leerzaam!”
Anouk van der Lee, teamleider kinderafdeling ZHA
“Op onze gecombineerde neonatologie- en kinderafdeling werken we het liefst met allround verpleegkundigen, die op beide units ingezet kunnen worden. Dat vinden zij ook leuk: in andere ziekenhuizen zijn neonatologie- en kinderverpleegkundigen twee aparte groepen. Juist de uitwisseling tussen de twee units en de combinatie van werkzaamheden op mijn afdeling spreekt onze verpleegkundigen aan.”
Bij Anouk’s aantreden in 2019 was er slechts één neonatologieverpleegkundige op de kinderafdeling. Zij besloot daarom diverse investeringen te doen. In 2022 werd een hogere functiegroep (55) voor de neonatologieverpleegkundige een feit, waarmee zij vier extra neonatologieverpleegkundigen aantrok. Daarnaast besloot Anouk de kwaliteit van zorg op de neonatologie-unit een flinke boost te geven met opleidingen. “Onze kinderverpleegkundigen kunnen kiezen tussen de opleiding Neonatologie basis verpleegkundige van zes maanden of deze driedaagse bijscholing. Twaalf van hen kiezen nu voor deze bijscholing. Daarmee is een snelle slag behaald. Als ze dat willen, kunnen deze verpleegkundigen ook nog de opleiding volgen.”
Een hoge kwaliteit van zorg is van belang, omdat Ziekenhuis Amstelland steeds complexere neonaten opvangt vanuit Amsterdam UMC, legt Anouk uit. “Onze verpleegkundigen zijn verantwoordelijk voor de opvang en stabilisatie van alle zieke neonaten. Deze bijscholing geeft ook de kinderverpleegkundigen daarvoor precies de juiste kennis: ze gaan anatomisch en pathologisch flink de diepte in. Vooral de jong afgestudeerde kinderverpleegkundigen krijgen daarmee net die zekerheid die ze nodig hebben op onze neonatologie-unit.”
“De kinderverpleegkundigen die de extra opleiding of bijscholing hebben gevolgd, gaan hopelijk ook naar functiegroep 55”, vervolgt Anouk, “want ze doen dan met hun extra kennis precies hetzelfde werk als onze neonatologieverpleegkundigen; wel zo eerlijk. Gezien de gigantische arbeidsmarktkrapte hoop ik ze op deze manier ook bij me te houden.”
Docent Anita Zijp, senior IC-neonatologieverpleegkundige in Amsterdam UMC
“De ontwikkelingen op ons vakgebied gaan snel. Er zijn telkens nieuwe inzichten en ideeën, bijvoorbeeld rond de behandeling van complicaties tijdens de bevalling. Binnen ons team zijn we continu bezig onze kennis op peil te houden. Het is belangrijk de nieuwste inzichten dan ook te delen met de topklinische en perifere ziekenhuizen met wie wij intensief samenwerken. Voor een goede zorg en overdracht – van het andere ziekenhuis naar ons ziekenhuis of andersom – is het van belang dat we op één lijn zitten.”
In deze bijscholing geeft Anita vooral les over neurologische problematiek. “Zoals bij prematuren met een hersenbloeding of bij baby’s die geboren worden met zuurstofgebrek of epileptische aanvallen hebben. Onze interventies zijn dan gericht op het voorkomen van hersenschade. In de bijscholing leg ik uit wat van invloed kan zijn op de hersenen, hoe verpleegkundigen dat kunnen signaleren en op welke manier zij dan te werk kunnen gaan. Bijvoorbeeld dat het uitzuigen van een neonaat schommelingen kan geven in de bloedflow van de hersenen. En dat het spreiden van de zorg minder stress geeft en dus beter is voor de hersenontwikkeling.”
Dat doet Anita aan de hand van haar eigen praktijkervaringen. “Ik merk dat daar veel behoefte aan is. De neurologie is best ingewikkeld maar mijn praktijkverhalen maken het begrijpelijk, zeggen de deelnemers. Ook als ik vertel over wat ouders al gezien en meegemaakt hebben voordat hun kindje naar hun ziekenhuis gaat. Bijvoorbeeld een kindje dat bij ons koeling heeft gehad, was helemaal ingepakt met allerlei draadjes – een heftig beeld voor ouders. Dan hoor ik vaak terug: ‘Wat fijn dat je dit vertelt, daar heb ik nooit eerder bij stilgestaan.”